Beëindiging van huur: bedrijfsruimte, kantoorruimte of anders?
02 - 02 - 2018
Als verhuurder wil je zekerheid hebben dat de beëindiging van een huurovereenkomst standhoudt. Voor beëindiging van een huurovereenkomst gelden per soort zaak echter andere regels. Beëindiging bij kantoorruimte kent bijvoorbeeld andere spelregels dan beëindiging bij bedrijfsruimte, en voor onbebouwde onroerende zaken gelden weer andere regels. Verhuurder en huurder kunnen verschillen van mening over de vraag welke soort zaak is verhuurd, en dus of wel op de juiste wijze de huur is beëindigd.
Bedrijfsruimte, kantoorruimte of ongebouwde onroerende zaak
Voor verhuur van bedrijfsruimte gelden wettelijke bepalingen, waarvan niet ten nadele van de huurder mag worden afgeweken. Wil een verhuurder wel afwijken, dan kan deze goedkeuring verzoeken voor die afwijkende bepaling bij de kantonrechter. Een dergelijk verzoek kan alleen worden ingediend voor bedrijfsruimte, en dus niet bij kantoorruimte of een ongebouwde onroerende zaak. Wil je dus zekerheid dat geen sprake is van verhuur bedrijfsruimte, verzoek dan de rechtbank je niet-ontvankelijk te verklaren ten aanzien van het verzoek tot goedkeuring van een afwijkend beding.
Casus: niet-ontvankelijk in verzoek goedkeuring afwijkend beding
Circuit Zandvoort en Kuwait Petroleum hebben een huurovereenkomst gesloten m.b.t. ‘een bebouwd stuk grond’. In de huurovereenkomst stonden bepalingen over beëindiging van de huur die afweken van de wettelijke bepalingen voor bedrijfsruimte. De verhuurder zegt de ontruiming aan, de huurder vernietigt die afwijkende bedingen. De verhuurder start een procedure, en vordert niet-ontvankelijkverklaring in haar verzoek tot goedkeuring van de afwijkend bedingen.
Geen gebouwde onroerende zaak: geen bedrijfsruimte en geen kantoorruimte
Het rechtbank Haarlem oordeelt bij vonnis van 27 september 2017 dat de huurrechtbepalingen bedrijfsruimte of kantoorruimte, alleen gelden voor gebouwde onroerende zaken. Een ‘gebouw’ is een overdekte voor mensen toegankelijke afgesloten ruimte. Enkel verharding of bewerking van grond is niet toereikend om te spreken van een ‘gebouw’. In deze zaak werd een vloer met ondergrondse tank gehuurd: dit is volgens de rechtbank geen gebouw.
De verhuurder wordt dus niet-ontvankelijk verklaard, omdat er geen sprake is van bedrijfsruimte. Het verzoek van de huurder tot ontruimingsbescherming wordt vervolgens afgewezen, omdat ook geen sprake is van kantoorruimte.
Voor meer informatie over verhuur van bedrijfsruimte of kantoorruimte kunt u contact opnemen met Guy de Wijkerslooth.