Commerciële contracten, aansprakelijkheid & verzekering

Op 1 januari 2017 is de Wet Consumentenkredietovereenkomsten, goederenkrediet en geldlening in werking getreden. De nieuwe regeling omvat alle gevallen van goederenkrediet van roerende zaken. Het is voor ondernemers dan ook noodzakelijk hun overeenkomsten m.b.t. ‘huurkoop’, ‘koop op afbetaling’ of ‘financial lease’ hierop af te stemmen.

De Wet Consumentenkredietovereenkomsten, goederenkrediet en geldlening is in het bijzonder van belang voor zogenaamde goederenkredieten. Goederenkrediet is kort gezegd een kredietovereenkomst mb.t. het verschaffen van een roerende zaak door de kredietgever aan de kredietnemer. Hieronder vallen niet alleen ‘huurkoop’, ‘koop op afbetaling’ of ‘financial lease van roerende zaken’, maar ook andere overeenkomsten met dezelfde strekking als een overeenkomst van goederenkrediet.

De nieuwe wet is per 1 januari 2017 van kracht en is ten aanzien van consumenten van dwingend recht; hiervan kan dus niet ten nadele van de consument worden afgeweken. Als de kredietsom minder dan € 40.000,- bedraagt en aflossing niet binnen drie maanden plaatsvindt nadat de geldsom ter beschikking is gesteld, gelden onder meer de volgende bepalingen:

  • het overeenkomen van vervroegde opeisbaarheid is slechts in een beperkt aantal gevallen toegestaan;
  • de kredietgever mag ter zekerheid slechts een pandrecht op de roerende zaak of een eigendomsvoorbehoud bedingen. Andere zekerheden zijn niet toegestaan;
  • ontbinding wegens wanprestatie moet bij de rechtbank worden gevorderd; en
  • bij ontbinding vindt volledige verrekening plaats.

Als een goederenkrediet wordt verstrekt aan een onderneming, is de nieuwe wet weliswaar van toepassing, maar kan hiervan (ten voordele van de kredietgever) worden afgeweken.

Kortom: heeft uw onderneming te maken met ‘huurkoop’, ‘koop op afbetaling’ of ‘financial lease’, dan is het zaak uw overeenkomsten in lijn te brengen met de nieuwe wetgeving.