Volledige loonstop bij weigering passende arbeid
17 - 06 - 2014 • Daniël Maats
De Hoge Raad heeft op 6 juni 2014 antwoord gegeven op een (prejudiciële) vraag van de kantonrechter. De vraag van de kantonrechter was of de loonaanspraak op grond van artikel 7:629 lid 3 sub c BW ook komt te vervallen over het deel van de werktijd waarvoor de werknemer arbeidsongeschikt is. De Hoge Raad heeft deze vraag bevestigend beantwoord.
In deze zaak was de werknemer vanaf november 2006 werkzaam als schoonmaker bij schoonmaakbedrijf CSU. Werknemer heeft zich op 9 juli 2009 arbeidsongeschikt gemeld. De bedrijfsarts concludeert enige tijd later dat werknemer in staat is om aangepast werk voor halve dagen te kunnen verrichten. De werknemer stelde zich op het standpunt dat hij over die periode volledig arbeidsongeschikt was en daarom het door de bedrijfsarts geadviseerde re-integratietraject niet was gevolgd. De werkgever heeft daarop in het geheel geen loon uitbetaald.
De werknemer vond dat hij wel recht had op doorbetaling van een deel van zijn loon, te weten het loon waarvan vast staat dat hij nog volledig arbeidsongeschikt was, een en ander onder verwijzing naar rechtspraak. De kantonrechter signaleerde dat op dit punt sprake is van uiteenlopende rechtspraak. De kantonrechter heeft daarom een prejudiciële vraag gesteld aan de Hoge Raad.
De werkgever kan het volledige loon in beginsel stop zetten indien de werknemer weigert passende arbeid te verrichten.
De Hoge Raad geeft een duidelijk oordeel: de werkgever mag het gehele loon stopzetten. De Hoge Raad verwijst daarbij naar de Parlementaire Geschiedenis, waarbij de strekking van artikel 7:629 lid 3 sub c BW is om de werknemer te stimuleren zijn herstel en re-integratie te bevorderen. Deze sanctie is voldoende afschrikwekkend om te waarborgen dat de werknemer zijn eigen re-integratie serieus oppakt. Er zijn gevallen denkbaar – bijvoorbeeld bij geringe overtreding – waarin een volledige beëindiging van de loondoorbetaling onredelijk zou zijn. Het beroep op een algehele loonstop kan dus onder bepaalde omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar zijn. Daarvan is dus geen sprake indien de werknemer gedeeltelijk arbeidsongeschikt is.
De werkgever kan het volledige loon in beginsel stop zetten indien de werknemer weigert passende arbeid te verrichten.