Aansprakelijkheidsrecht

Waken over belangen verzekeringsnemers

Een assurantietussenpersoon dient tegenover de opdrachtgever de zorg te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend beroepsgenoot mag worden verwacht (Hoge Raad). Op basis van deze zorgplicht dient de assurantietussenpersoon te waken over de belangen van de bij zijn verzekeringsportefeuille behorende verzekeringnemers.

‘De tussenpersoon is ook verplicht nazorg te verlenen’

Die zorgplicht omvat bijvoorbeeld dat de assurantietussenpersoon zijn opdrachtgever expliciet dient te wijzen op een belangrijke polisvoorwaarden en op de gevolgen van niet-naleving daarvan. De tussenpersoon kan op basis van de zorgplicht evenwel ook verplicht zijn nazorg te verlenen.

‘Tussenpersonen doen er verstandig aan de nazorgafspraken goed vast te leggen.’

Nazorgafspraken

Hoe ver die nazorg strekt hangt af van de in dat verband tussen de tussenpersoon en de opdrachtgever gemaakte afspraken. Tussenpersonen doen er verstandig aan die nazorgafspraken goed vast te leggen. Zo zou kunnen worden vastgelegd dat de tussenpersoon tegen vergoeding periodiek controleert en marktvergelijking doet, om te bezien of bijvoorbeeld lagere premies mogelijk zijn.

‘De schade kan flink oplopen’

Een tussenpersoon die geen nazorg verleent, waar dat wel van hem had mogen worden verwacht, en de klant bijvoorbeeld niet op lagere premiemogelijkheden heeft gewezen, kan tegenover de klant aansprakelijk zijn voor de daardoor geleden schade. Die schade kan dan bestaan uit het in de achterliggende periode misgelopen premievoordeel (bij gelijkblijvende dekking). En die schade kan bij langer lopende verzekeringen derhalve flink oplopen.

Aansprakelijkheid

Het Kifid (Klachteninstituut Financiële Dienstverlening) heeft in dit verband recentelijk een belangrijke uitspraak (download de uitspraak aan de rechterzijde van deze pagina) gedaan. Het betrof een overlijdensrisicoverzekering (‘ORV’). De premies daarvan zijn de afgelopen jaren fors gedaald. Van de tussenpersoon mocht worden verwacht dat hij periodiek, althans op enig moment, met de klant contact opnam om te onderzoeken of de verzekering als gevolg van premiewijzigingen aanpassing behoefde. Volgens Kifid heeft de betreffende tussenpersoon dat nagelaten. Geoordeeld is dat de tussenpersoon daarom de schade van de klant moet vergoeden, door betaling van de teveel betaalde premie.

Deze uitspraak van het Kifid is niet bindend. De in het gelijk gestelde klant dient dus naar de gewone rechter te gaan, indien de tussenpersoon de uitspraak niet nakomt. De verwachting in de markt is echter dat de kans klein is dat de rechter tot een andere, voor de tussenpersoon gunstige uitspraak komt. Het belang van de Kifid-uitspraak is voorts dat die mogelijk verder strekt dan de ORV. Immers, nazorg zal niet zonder meer tot de ORV zijn beperkt.

De Kifid-uitspraak zal nog wel een staartje krijgen.

Sjoerd van der Velden - advocaat
Sjoerd van der Velden
Volg Sjoerd van der Velden: